Wat Kok deed moet Mark ook doen
Tussen de nieuwe lockdown, Torenfluiters, het zoveelste zinloze coronadebat, adventskalenders & vaccinagenda’s en de kerstliederen van coronacrooner Hugo door, galmden de conclusies van het onderzoeksrapport naar de toeslagenaffaire door het land. “Ongekend onrecht”, zijn de kernwoorden van het rapport en dat is zowel een snoeiharde conclusie als een woordcombinatie die politiek gezien breed uitgemeten, opgerekt en uitgesmeerd kan worden: een roep om politieke verantwoordelijkheid vloeit er nou niet direct uit voort. Op een inhoudelijke analyse van het rapport zit Ronaldo nog te studeren, maar we willen alvast de vlucht naar voren nemen naar de vraag:
Waarom is het kabinet Rutte III nog niet afgetreden?
Het eerste rapport, van de commissie Donner, was een gecorrumpeerd product van (opzettelijke) onwetendheid en achtergehouden informatie. Het probleem (‘gedupeerde burgers’) ging echter niet weg, dus volgde een Kamercommissie die met “Ongekend Onrecht” op de proppen is gekomen, na verhoren van onder andere Eric Wiebes, Lodewijk Asscher en Mark Rutte, belangrijke daders (geen verdachten) in deze diepzwarte zaak die tot (persoonlijke) faillissementen, echtscheidingen, uithuisplaatsingen en zelfs zelfmoord heeft geleid.
Maar ook dit is slechts een tussenrapport, door een naamloze commissie van een naamloze overheid die het uitsmeren van politieke en functionele verantwoordelijkheid tot Ruttiaans speerpunt heeft gemaakt, zij aan zij met geheimhouding van publieke informatie: Onder de Rutte-Doctrine blijft nog altijd veel informatie met opzet verzwegen, blijven er wekelijks nieuwe stukken opduiken en is de bodem van de Belastingbeerput nog steeds niet in zicht. Belangrijker nog: er is nog altijd geen gedupeerde toeslagouder gecompenseerd en ook dit rapport ziet daar helemaal niet op. Op de dag dat het rapport verscheen, ontving een gedupeerde ouder 54 enveloppen met (onterechte) aanmaningen van het CJIB. Een vorm van bureaucratische waanzin die met geen woorden tastbaar te maken is.
Tastbaar maken waar het probleem zit, is ook wat dit rapport weer lijkt te verzuimen. Het commissierapport is het product van politieke navelstaarderij, dat vanuit de overheid is opgesteld om de rol van de overheid bij het handelen van de overheid te presenteren aan de overheid. Het is praten over burgers, zonder burgers. Het is oordelen over politiek handelen, zonder de uitkomsten van beleid te corrigeren. Het is een analyse van de bureaucratie, door de bureaucratie, in een bureaucratisch boekverslag over De Kloof (niet die van Jan Terlouw), zonder het besef dat er burgers aan het ontvangende eind van die bureaucratie leven en de klappen opvangen.
ABC: Automatisering, Berichtenbox en Consumentenonrecht
Maar de machine concludeert alleen dat de machine hapert, niet dat de eindgebruiker door de falende machine overreden wordt. Die eindgebruikers zijn “niet de trainer van het hockeyteam van je dochter, maar de schoonmaker van de club”, zoals Renske Leijten die kloof in een onvermijdelijk cliché formuleerde. De onzichtbaren, die niet weten wie ze moeten bellen als er iets mis gaat, omdat alle overheidscommunicatie automatisch aangemaakt en dus niet meer ondertekend wordt.
Automatisering, met zo‘n handige berichtenbox van de Rijksoverheid en zo, allemaal hartstikke leuk. Maar vroeger, echt nog niet zo lang geleden, stond er een naam van ’jouw’ belastingambtenaar onder een brief. Iemand die je kon bellen, direct aan kon spreken en direct kon bevragen. Die zich misschien jouw individuele “ticket” wel aantrok, en zijn of haar verantwoordelijkheid nam om het ambtelijke zijde op te lossen, met de middelen die een burger niet heeft maar die goedwillende ambtenaren wel ter beschikking staan.
Niet spreken met de burger
Rutte’s rijksoverheid is een onzichtbaar amalgaam van naamloze ambtenaren geworden die dankzij een interne bedrijfsstructuur altijd iemand anders hebben om naar te wijzen als de vraag ’Wie is er verantwoordelijk?’ wordt gesteld. Als iedereen is het, is niemand het. Niet spreken met de bestuurder, schreef Gerard van Westerloo in 2004, over de afstand tussen woonwijk & winkelstraat en de ivoren toren. Een volgende versie zouden we ‘Niet spreken met de burger’ noemen.
Dit nieuwe rapport is daar een getuigenis van: het verhaalt over het disfunctioneren van de overheid, van zichzelf dus, maar niet over oplossingen voor de slachtoffers. En met de woorden “Ongekend onrecht” wordt wel erkend dat er fouten gemaakt zijn, maar het ontwijkt ook de verantwoordelijkheidsvraag. Een vraag waarvan je hoopt dat ie echt onvermijdelijk wordt, binnenkort, maar voor nu toch prettig voor Asscher, Wiebes en Rutte. Iedereen gebruikt loodzware woorden, maar vooralsnog zit Rutte onbewogen op zijn troon.
Sorry’s zonder spijt
Er waren tijden (en ook die zijn nog niet zo heel lang geleden) dat regeringsleiders, politici en bestuurders minder aanmoediging nodig hadden om hun eigen conclusies te trekken ten aanzien van hun verantwoordelijkheid. Zonder 54 aanmaningen, zeg maar. Zo niet onder Mark Rutte, die best wil (laten) speculeren over het aftreden van zijn kabinet - maar niet voordat hij een geitenpaadje heeft gevonden om in maart wél weer gewoon de grootste te kunnen worden, alsof er niets gebeurd is. Ook de vvd is een mediabureau met een politieke vleugel, en dat mediabureau is nog slogans en sorry’s zonder spijt aan het bedenken. Dat deed Wim Kok dan toch sjieker, in 2002.
En de burger, de meest naamloze onder de naamlozen in dit tragische verhaal van een verscheurd sociaal contract? Die zit opgescheept met een onbereikbaar, onzichtbaar en anoniem bestuur. Want de bestuurder praat alleen nog maar met de bestuurder. Je vraagt je af hoe lang het nog moet duren voordat de hockey-ouders gaan doorzien dat Mark Rutte al een paar jaar zelf de wind in zijn eigen zeilen zit te blazen maar dat het schip van staat daarmee geen meter vooruit komt.