Bassiehof – Lijstduwers, januskoppen en huichelaars
Samen achteruit

Bassiehof had deze week een aanvaring met PvdAGroenLinks-lijstduwer Erik van Muiswinkel. Ik had partijvoorlichter Floor Temmink donderdag gevraagd hoe voorzitters Esther-Mirjam Sent (Rood), Katinka Eikelenboom (Groen) en de Grote Kleurenmenger Frans Timmermans aankeken tegen hun kersverse nummer 62 op de lijst en het feit dat deze vorig jaar een bizarre complottheorie had verspreid over de Hamasaanslagen van 7 oktober 2023. Temmink liet per kerende post weten dat PvdAGL niets met dergelijke desinformatie en nepnieuws te maken wil hebben en dat ook de komediant in kwestie daar afstand van nam. Diezelfde avond nog bleek dat Van Muiswinkel daar in werkelijkheid toch anders over dacht: hij verlegde de partijlijn eigenhandig naar een Bas Paternotte/kan ons niks verrotte (lekker gewerkt, Rijmpiet) en andere vuiligheid. PvdAGL is een partij vol januskoppen, zoveel is duidelijk. Want ons brengt op de geschiedenis van de lijstduwer in het algemeen en de rol van de toen nog PvdA in het bijzonder.
De eerste lijstduwer in de moderne betekenis – wel op het stembiljet maar weigeren de Kamer in te gaan – was VVD’er Pieter Winsemius in 1989. De oud-minister behaalde 74.000 voorkeurstemmen maar wilde uitsluitend als bewindspersoon in het Haagse terugkeren. Dat gebeurde pas in 2006 toen hij een minister die na de Schipholbrand was afgefikt ging vervangen. Dat was sowieso een goed jaar voor lijstduwers. De Partij voor de Dieren zette toen als eerste met 15 stuks een beestenboel aan BN’ers (al dan niet met hun toestemming) op de kandidatenlijst. Tevens de keer dat Paul Cliteur en Georgina Verbaan op dezelfde kieslijst stonden.