BOEKJE GELEZEN. Onbegrensde gesprekken met (enigszins) onafhankelijke geesten
Ja, aanrader
Eigenlijk was het de bedoeling vandaag iets te schrijven over Het jaar van Caroline, Pieter en Geert, het boek waarin Joost Vullings (Avrotros) en Xander van der Wulp (NOS) de politieke aardverschuiving van de afgelopen verkiezen proberen te reconstrueren en duiden. Helaas: na 28 bladzijden zagen we ons genoodzaakt het voor gezien te houden. Zelden werd een boek geschreven door een tweetal dat zo nadrukkelijk niet kan schrijven. De heren doen met taal wat Lil' Kleine ooit met Jaimie Vaes deed: vernederen, verwaarlozen, verminken. Elke derde zin bevat een gekmakend cliché, het is net alsof je een bundeling wedstrijdverslagen van een uit 2004 afkomstige Voetbal International leest. Xander, Joost; jullie maken een alleraardigste podcast en doen schijnbaar ook iets met televisie, hou het daar in de toekomst in godsnaam bij.
Toevalligerwijs zat uitgever Ezo Wolf bij ons te leuren met een boek waar we helemaal geen zin in hadden, maar dat onze scepsis grotendeels logenstrafte: Vrijheidsvuur - onbegrensde gesprekken met onafhankelijke geesten door journalist en publicist Hans van Willigenburg. Een uitstekend werk, dat iedereen die houdt van Nederland en/of het publieke debat zou moeten lezen. Vooral de interviews met Paul Cliteur, Arnon Grunberg, Delphine Lecompte en Dyab Abou Jahjah zijn zinderend, maar de auteur heeft ook oa Esther van Fenema, Pieter Waterdrinker, Ewald Engelen en Maarten Keulemans in de aanbieding. Met als doel dus: onbegrensde gesprekken met onafhankelijke geesten. De interviews zijn meer beschrijvend dan bevragend van aard, wat een stijlkeuze is die prima te verantwoorden is, maar soms ook jammer is: ook als je ideeën onderschrijft kan het geen kwaad ze kritisch te bevragen integendeel, daar worden ze alleen maar sterker van. Een voetbalclub die een transfervrije spits op proef heeft, zet tijdens training bijvoorkeur een of twee slagers van verdedigers op hem. Scoren zonder tegenstand kan immers iedereen.
On that note bergen we de loftrompet dan ook weer even op.
Voor wie onder een steen heeft geleefd: het wemelt op het internet van de podcasts waarin een vaste interviewer semi-gedurfde gesprekken voert met zogenaamd onafhankelijke geesten. Tegendraadse denkers die, stom toeval, vaak op exact dezelfde manier tegendraads denken als de interviewer. Zulke podcasts zijn naast ontzettend verslavend ook ontzettend voorspelbaar.
Zo nu en dan dreigt Vrijheidsvuur in iets dergelijks te ontaarden, zij het in boekvorm. Een beetje een brommerige boomerselectie is geen ramp natuurlijk, en zoals gezegd levert het interessante en soms fascinerende gesprekken op. Tegelijkertijd wordt het een tikje vermoeiend als Van Willigenburg niet één of twee maar drie van zijn gesprekspartners (Grunberg, Ephimenco, Van Fenema) laat leeglopen over Sander Schimmelpenninck, die ze stuk voor stuk hartstikke stom vinden. Erg veel eer, en bovendien: was het dan niet spannender geweest om Schimmelpenninck zelf te benaderen voor een interview en eens fiks de degens te kruisen? Of zijn geesten alleen onafhankelijk en tegendraads wanneer Van Willigenburg hen geen lul met vingers vindt?
Dat gezegd hebbende: wij raden dit boek van harte aan. Bestellen kan hierrr.
BOEKJE GELEZEN. De nieuwe Dimitri Verhulst is dus hartstikke goed
Zomerverkansietip
Dimitri Verhulst is een van de beste (maar vooral ook: leukste) schrijvers van het Nederlandse taalgebied. De helaasheid der dingen (2006) en Godverdomse dagen op een godversome bol (2008) zijn meesterwerken die voor iedereen leuk zijn om te lezen, en niet alleen voor senior-medewerkers van Het Letterenfonds, pretentieuze beroepsrecensenten of UvA-alumni die graag fronzen maar zelden lachen.
Dat gezegd hebbende: de klad is er na het eerste decennium van deze eeuw een beetje ingekomen. Elke pagina Verhulst bevat iets geweldigs; hij schrijft nog wel geniale zinnen, maar al een poosje geen geniale boeken meer.
De enige keer dat hij bij zijn oude niveau in de buurt kwam was nota bene non-fictie, en liet genadeloos zien waarom het allemaal al een tijdje minder was. Onze verslaggever in de Leegte - ongedateerde dagboeken (2020) is een memoire over middelenmisbruik; van coke tot methylfenidaat (en koning alcohol natuurlijk). Pas aan het eind van het (nogmaals: geweldige) boek krijgen we iets van een aanleiding voor zijn zelfdestructie. Een ex beschuldigde hem (onterecht, volgens de rechter) van verkrachting. Dat is zo'n beetje het ergste wat een manmens kan doen, waar dan weer tegenover staat dat een valse beschuldiging ervan een van de ergste dingen is die een vrouwmens kan doen. Hoe dan ook. Omdat de meeste mensen denken dat rook een teken van vuur is hing Verhulst een veenbrand boven het hoofd; de tijdsgeest helpt natuurlijk ook niet mee. Ja, dat zijn ideale omstandigheden om jezelf een delirium in te verdoven.
Zal je altijd zien: krijgt zo'n vent eindelijk weer iets hoogwaardigs uit zijn tengels, komt vrijwel niemand het te weten. Het ontging recensenten, die het te druk hadden met het aflebberen van auteurs van identitaire non-fictie of met noeste pogingen krantenlezers ervan te overtuigen dat er in afgedankte theezakjes als Mariken Houtman en Gerda Blees een Grote Schrijver schuilt.
Goed, dan, zijn nieuwe werk, Bechamel Mucho. Over: Alex, animator bij een vakantieresort op Mallorca, en over de vrouwen met wie Alex rampetampt. Verhulst was ooit zelf animator, vertelde daar in een interview over en prompt ging overal het luchtalarm af. Als begintwintiger had hij bonussen gekregen om met (minderjarige) meisjes naar bed te gaan en daar kunt u van alles van vinden maar laten we op dit weblog een radicaal experiment uitvoeren: de kunstenaar loskoppelen van de kunst, of in ieder geval, de kunst niet afserveren op basis van mogelijke smakeloosheden van de kunstenaar.
Als je dat namelijk doet, krijg je er een ongelooflijk grappig, vilein en menselijk boek voor terug. Net zoals in zijn hoogtijdagen maakt Verhulst het sublieme toegankelijk en het toegankelijke subliem. Zo goed als toen is het nog niet helemaal, maar hij komt er verdraaid dicht bij in de buurt.
GeenStijl-expertoordeel: lees dit boek. Deze zomer nog. Hier verkrijgbaar als paperback, of hier verkrijgbaar als e-book. Doe jezelf een plezier. Van lezen op vakantie heeft nog nooit iemand spijt gekregen.
BOEKJE GELEZEN. Mondsnoeren voor gevorderden in Amerika
vvmu onder vuur
Erika López Prater, heet ze, en ze doceerde kunstgeschiedenis aan de Hamline University te Minnesota. Doceerde, want haar baan is ze inmiddels hartstikke kwijt. In een van haar lessen liet ze een schilderij uit de veertiende eeuw zien, destijds gemaakt in opdracht van een islamitische koning, door een eveneens islamitische schilder. Het kunstwerk bevat een afbeelding van de heilige profeet Mohammed.
Ze vertoont het schilderij niet zomaar; ze wil er iets mee zeggen: dat er weliswaar dominante stromingen zijn, maar dat ook (zelfs) de islam geen monolitische cultuur is, of in ieder geval, hoeft te zijn. Een onschuldig geluid, zou je denken, waar iedereen van rechts tot links zich achter kan scharen. Lekker constructief.
Omdat Erika López Prater niet van gister is, neemt ze voorzorgsmaatregelen. In de syllabus kondigt ze het vertonen van het kunstwerk aan, en roept ze iedereen die vragen of zorgen heeft op zich bij haar te melden. Aan het begin van de desbetreffende maakt ze er ook nog eens een punt van om te benadrukken dat iedereen die er een probleem mee heeft, even naar buiten kan. Zonder consequenties. Heeft er iemand bezwaar? Nee, niemand.
Maar dan.
Na de les dient een 23-jarige student alsnog een klacht in. "I am 23 years old. I have never once seen an image of the Prophet," zegt ze. "It just breaks my heart that i have to stand here to tell people that something is Islamophobic and something actually hurts all of us, not only me."
Er ligt al een contractverlenging voor Erika López Prater klaar, zodat ze ook het komende semester kan blijven doceren. Binnen een paar weken wordt het aanbod ingetrokken.
***