Dinsdag stemde de Tweede Kamer de motie Van Bommel weg. De fracties van PvdA (minus Monasch) en VVD (plus Houwers en Van Vliet) vonden het politieke eigenbelang van hun geliefde leiders der regeringscoalitie zwaarder wegen dan het advies dat ruim vier miljoen burgers hen op 6 april hebben gegeven. Artikel 11 van de Wet raadgevend referendum, hierboven, die de regering oplegt om
zo spoedig mogelijk met een reactie op de uitslag van het referendum te komen, werd in de prullenbak geworpen: de regering neemt nog minstens tot ná het Brexit-referendum van 23 juni de tijd om een antwoord te formuleren. Ondertussen worden de contouren van het spel dat Rutte speelt zichtbaar:
de uitslag moet verdwijnen in het vacuüm van democratische ondervertegenwoordiging tussen Den Haag en Brussel. Premier Rutte breekt de wet, omdat het hem (en Juncker) beter uitkomt. De roep om een rechtsgang was derhalve luid in de comments, op social media en in de mailbox. Eén burger heeft zelfs al
aangifte gedaan. Toch zal GeenPeil de gang naar de rechter zelf
niet maken. Maar we juichen de stap van Thierry Baudet en zijn Forum voor Democratie, die wel een proces tegen de staat
starten, van harte toe.
Dat leggen we uit.
De uitkomst van het raadgevend referendum was duidelijk: bij een geldige opkomst boven de 30%, stemde 61% van de kiezers tégen de wet tot goedkeuring van het associatieverdrag. Daarmee lag er een advies aan de regering waaruit twee opties voortvloeiden: de premier kon de keus maken om de uitkomst te aanvaarden en een intrekkingswet in te dienen om de goedkeuring van het associatieverdrag van tafel te halen, óf de premier kon er voor kiezen om de uitkomst naast zich neer te leggen. Dat zijn, binnen de kaders van de Wet raadgevend referendum, de enige twee smaken. Toch verzon Rutte een derde weg: uitstel kopen door het 'Nee' van 6 april om te buigen in een 'nee, tenzij' (
video). Daarmee overtreedt hij de wet. Moeten we hem daarvoor vervolgen? Nee. GeenPeil wil een politiek proces niet juridiseren. We zijn uitgesproken tegenstanders van de vervolging van Geert Wilders, omdat we vinden dat uitspraken van een democratisch gekozen politicus via het debat in de plenaire zaal be- of weersproken moeten worden, niet in de rechtszaal. Zo vinden we ook dat de politieke keuze die Rutte gemaakt heeft, bij voorkeur politieke gevolgen moet hebben. En die zál het ook hebben, want de PvdA en de VVD hebben enorme morele schade aan het ooit zo nobele ambt van de volksvertegenwoordiging toegebracht met hun huichelachtige en bovenal laffe afwikkeling van de referendumuitslag.
De foppositie en het nepparlement
De foppositie blijft daarbij ook niet van kritiek gevrijwaard. Hoewel de voltallige oppositie vóór de motie stemde (behalve dan hypotheekfraudeur Johan Houwers en afvallige PVV'er Roland van Vliet, waarbij met name die laatste zich opzichtig als schandknaapje van de macht liet misbruiken in ruil voor *misschien* een (laag) plekje op de VVD kieslijst, maar dat terzijde), leek eigenlijk niemand er echt mee te zitten dat met het wegstemmen van die motie de wet werd overtreden - en het vertrouwen in de democratie een enorme dreun kreeg. Maar laten we wel wezen, de woorden van Sybrand Buma in het referendumdebat ('We zijn vóór het verdrag en tégen referenda, maar we willen nu wel dat er naar de kiezer geluisterd wordt') zouden door de VVD op dezelfde wijze zijn uitgesproken als zij in de oppositie zaten, en het CDA in de regering. De meeste oppositiepartijen zagen vooral een kans om, onder een dekmantel van democratische ideologie en rechtschapenheid, het kabinet een schop te verkopen in de hoop dat er in een volgende peiling wat zeteltjes van de vuige democratieverraders in het rijtje van de koene ridders van de representatieve rekenschap terecht zouden komen. Maar geen enkele partij (behalve de PVV) diende zelf een initiatiefwet tot intrekking in, en niemand sprak de premier aan op zijn mogelijke wetsovertreding. Motie weggestemd, einde oefening, glas, plas, was. Daarmee prostitueerde de oppositie de principes van onze democratie net zo gemakkelijk aan het opportunisme van het eigenbelang als de PvdA en de VVD dat doen. Zei iemand daar 'nepparlement'? (De goeden niet te na gesproken in dezen - hoi Harry, hoi Martin.)
Dat brengt ons terug naar de vraag of we dan niet
juist met Artikel 11 Wrr in de hand naar de rechter moeten stappen om te proberen om dat hele nepparlement tot inkeer te brengen. Neen, zegt GeenPeil, want de 9 maanden en 9 dagen die het referendumproces hebben geduurd, vanaf het initiatief op 10 juli 2015 tot het wegstemmen van motie
34270-11 op 19 april 2016, hebben van A tot Z het gelijk van GeenPeil aangetoond. In het meest optimistische geval wilde GeenPeil namelijk een constructieve bijdrage leveren aan de democratie (of zelfs redden, zoals we zo vol bravoure verkondigden), maar in meest cynische gedaante vreesden we juist dat we zouden bewijzen dat het in deze Europese Unie helemaal niets meer uitmaakt wat de kiezer wil: hij zal hoe dan ook altijd méér EU krijgen.
Sleep ze allemaal voor de rechter
Ons landsbestuur heeft met het referendum een kans aangereikt gekregen om te bewijzen dat er nog wél sprake is van volksvertegenwoordiging in de politiek, door simpelweg een keertje te luisteren naar de kiezer en te handelen naar zijn wensen. De kloof tussen burger en bestuur (waar het establishment zelf altijd zo hard over klaagt maar kennelijk niets tegen wil doen want brrr, burgers) had een kléín beetje gedicht kunnen worden. Maar premier Rutte heeft de uitslag op de lange baan richting vergetelheid geschoven en het parlement laat hem er mee wegkomen. Allerlei drogredenen van het kaliber 'de stem van de thuisblijver telt ook' zijn er bijgesleept om onder de regels uit te komen. Daarmee verklaart politiek Den Haag dat de tijd van een representatief bestuur waarin politici binnen de regels van de democratie eerlijk en openlijk verantwoording afleggen aan hun werkgevers - het volk - simpelweg
voorbij is. De bovenlaag bestuurt volgens de belangen van Brussel en de burger moet de bek houden. Een rechtszaak kan die geërodeerde politieke moraal niet repareren. Een rechter kan tegen een besluit van de regering vonnissen, maar niet tegen de corrupte intenties die daaraan ten grondslag hebben gelegen.
De kloof tussen burger en bestuur blijft breed of wordt zelfs nog breder en het cynisme wint.
Steun een rechtszaak tegen Rutte
Thierry Baudet en het Forum voor Democratie denken daar anders over. Zij beginnen, zoals
aangekondigd bij EenVandaag, wél een proces tegen de premier. Hun insteek is niet om de premier te dwingen om het 'nee' als uitkomst te aanvaarden, maar om een keuze te maken die binnen de kaders van Artikel 11 valt. Via de rechter wil het Forum voor Democratie de premier alsnog een harde keus laten maken: ofwel hij accepteert het 'nee' van 6 april (en tart daarmee zijn technocratische vrienden in Brussel), ofwel hij legt het advies naast zich neer (en haalt zich daarmee de electorale woede van ruim 2,5 miljoen tegenstemmers op de hals, mede omdat de uitkomst van een raadgevend referendum door het inbouwen van een idiote opkomstdrempel de facto
bindend is geworden). Door Rutte voor die keus te stellen, dwingt Forum hem om zowel leiderschap als ballen te tonen, en beiden hebben we nog nooit gezien bij de grijnzende winkelmanager met de slagroomruggengraat. Omdat we zeer benieuwd zijn of MinPres überhaupt ballen hééft, ondersteunen we deze rechtsgang derhalve van harte. Daarom roepen we iedereen op om te
doneren voor de Rechtszaak tegen Rutte. (Rechtstreeks kan ook: NL33INGB0006778174 t.n.v. Forum voor Democratie. Sommatiebrief
hierrr in pdf.)
En GeenPeil? Och. Er komen zeer spoedig nieuwe landelijke verkiezingen aan. We hebben nu al zin in de campagne.
..